Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Te dien dage zal [62]het ook komen tot u toe, van [63]Assur af, zelfs [tot] de [64]vaste steden [toe]; en van de [65]vestingen tot aan de [66]rivier, en van [67]zee [tot] zee, en [van] gebergte tot gebergte. 62. Te weten, het voorgemelde besluit. Of, men zal tot u komen, verstaande zulks van den toeloop der volken tot de kerk Gods. Verg. Jes.19:23,24, enz. Anders: Hij [de] Messias zal tot u komen, enz. 63. Noordwaarts van Kanaan gelegen. 64. Namelijk Egypte, gelegen in het zuiden, zijnde zeer vast door de natuurlijke gelegenheid van wateren en groten arbeid en kunst der mensen. Hebr. steden der vesting. Hebr. Mazor, dat enige gelijkheid heeft met Mizraim, dat is Egypte. Verg. Jes.19:6 met de aantekening. 65. Hebr. vesting, of vastigheid. 66. Eufraat. 67. Hebr. [tot] zee van zee; dat is, van de ene zee tot de andere, van het ene gebergte tot het andere; van het noorden tot het zuiden, van het oosten tot het westen. Kanaan had gebergten in het noorden, oosten en zuiden, en de Dode zee was in het oosten, de Middellandse in het westen; door welke ligging en grenzen van Kanaan de uitbreiding van het Evangelie door de ganse wereld en de vereniging der Joden en heidenen in Christus wordt afgebeeld.